donderdag 16 april 2015

Chronisch hardlopen : de finale

Het is gebeurd.
Dat waar ik tegenop zag is een waarheid geworden.
Ik heb mijn startnummer weggegeven.
Het moment dat je beseft dat het weer niet gaat lukken dit jaar en dat je je startplek aanbiedt
is wel even een ding. Een moment van slikken tegen de opkomende tranen. Om mij
heen hoor ik allemaal mensen die er zo 'n zin in hebben om de Ijsselloop te doen.
Maar ook snobs. Ijssel
loop is voor watjes. Ze halen hun rete goede neus op voor een loop in hun
woonplaats. De afstand is te min. Ik hoor ze dit zeggen en kook. Ik sta letterlijk aan de grond genageld. En dat is misschien maar beter ook. Ik weet niet wat ik eruit had gekwakt als ik mij had kunnen bewegen. Ik had willen roepen dat ze blij zouden moeten zijn dat ze KUNNEN hardlopen en dat er mensen zijn die graag hadden willen lopen. Maar ik weet ook dat dit soort mensen daar helemaal niet over na denken. Die denken aan hun volgende victorieuze
loop van wel 50 km ofzo. Waarom raakt mij dit zo? Om dat ik baal en ook wil lopen.

Ik heb mijn startnummer dus te geef. En er meld zich iemand. Gelukkig een heel leuk iemand ,
die heel blij is en hem gewoon even gaat lopen zegt ze! Ze zal wel stuk gaan maar dat boeit niet.
En ik ben blij voor haar. Heel blij. Maar ongetraind een 5 km lopen is wel het laatste waar ik aan denk. Dat ik ruim 1 jaar heb moeten trainen en hem nog niet kan lopen is niet iets waar zij of iemand anders over na denken. En dat hoeft ook niet. Maar ik denk niet dat ik ga kijken zondag. Het doet namelijk echt zeer.

En ineens besef ik mij dat het niet het lopen is. Het hardlopen is een metafoor.
Het staat voor het falen van mijn lijf. Het niet kunnen bouwen op wat je draagt en waar je voor en in staat. Het hopeloos vechten , waarbij je niet weet wie de tegenstander is.
Het ronddobberen in een bootje op een enorm meer zonder peddels.
De storm zien aankomen en geen schuilkelder voor handen.
Wat wanneer en hoe dan?
Wat kan ik verwachten en wanneer? En als ik mij goed voel ,hoelang gaat dit dan duren?
Het niet weten hoe je uit je bed stapt is een crime.
En als je goed uit je bed bent gestapt ,wanneer ga je je dan weer slecht voelen.
Maar vooral die ene vraag : ga ik mij ooit beter voelen?
Komen er niet meer rariteiten om de hoek? Ik kan ze niet eens meer opnoemen.
Zoveel rare en vooral stomme ziektes heb ik. Bijna allemaal niet veel voorkomende
mankementen. Mankementen die je niet aan de buitenkant ziet en ik hoop ook dat je die niet te vaak van mij zult horen. Want de strijd die ik aanga met mijn schildklier is pittig. Misschien pittiger dan alle andere battles. Er was iemand die mij zei: oh heb je dat? Fijn joh . Even een pilletje erin en je valt af en voelt je gelijk beter.
Niet dus. Het blijkt dat het wel een maand kan duren voordat de medicijnen aanslaan en tot die tijd moet ik lief zijn voor mijzelf. Want jongens dit is niet niks. En de reden dat ik jullie hier niet teveel mee lastig wil vallen is heel simpel. Struisvogel!
Als ik het er niet over heb dan is het er ook niet.
Laat mijn lijf maar wennen aan de medicatie en tot die tijd doe ik fijne en leuke dingen.
Ik sport voorzichtig wat en werk , lach en heb lief. Ik eet en drink en huil.
Maar boven al : ik leef!



1 opmerking:

  1. Jij beschrijft precies wat ik soms niet zelf uit mijn pen kan krijgen laat staan op een rijtje in mijn hoofd.
    Mooi stuk van een dapper mens!

    BeantwoordenVerwijderen